EIOPA richtsnoeren
De EIOPA richtsnoeren zijn gepubliceerd ter voorbereiding op Solvency II. De richtsnoeren dienen ervoor te zorgen dat zowel toezichthouders als verzekeraars zich doeltreffend op Solvency II konden voorbereiden. De richtsnoeren zijn vooruitlopend op de volledige implementatie van Solvency II uitgevaardigd. In de Europese Unie was nog geen overeenstemming bereikt over de Omnibus II-richtlijn, daardoor bestond het risico dat toezichthouders hun eigen oplossingen op nationaal niveau zouden gaan invoeren om van een solide risicogevoelig toezicht verzekerd te zijn. Daardoor zou de invoering van een geharmoniseerde bandering in gevaar kunnen komen.
Nu Solvency II in werking is getreden, bestaan de EIOPA richtsnoeren nog steeds, maar als nadere uitwerking van de wet. Ik licht een tweetal richtsnoeren uit:
- Richtsnoeren voor het governance systeem;
- Richtsnoeren inzake aanvullend vermogen.
Richtsnoeren voor het governance systeem
De richtsnoeren voor het governance systeem beschrijven hoe een onderneming de governance moet inrichten. Met name deskundigheid en betrouwbaarheid wordt omschreven, naast de vereisten voor rapportages en sleutelfuncties. Ook wordt aandacht geschonken aan riskmanagement, het beheren van beleggingsrisico’s en eisen aan het eigen vermogen en het governancesysteem.
De richtsnoer bevat richtsnoeren voor de toepassing van het ‘prudent-person’-beginsel. Het “prudent-person”-beginsel richt zich met name op het gedrag van de betrokken rechtspersoon. Verzekeringsondernemingen beleggen alleen in activa en instrumenten waarvan de betrokken onderneming de risico’s goed kan onderkennen, meten, bewaken, beheren, beheersen en rapporteren. Een onderneming moet de volgende sleutelfuncties naar behoren inrichten: riskmanagement, compliance, interne audit en actuariële functie.
Richtsnoeren inzake aanvullend vermogen
De richtsnoer inzake aanvullend vermogen beschrijft overwegingen met betrekking tot de goedkeuringsprocedure van de toezichthoudende autoriteit voor aanvullende vermogensbestanddelen, de indeling van aanvullende vermogensbestanddelen en het voortdurend voldoen aan de goedkeuringscriteria. De goedkeuringsprocedure voor aanvullende vermogensbestanddelen beoogt een permanente communicatie tussen de toezichthoudende autoriteiten en ondernemingen. Ondernemingen dienen aanvullende vermogensbestanddelen te classificeren door de kenmerken van het kapitaalinstrument te beoordelen en te bepalen in welke categorie het kapitaalinstrument zou behoren wanneer het wordt opgevraagd.
Wat vind jij van de EIOPA richtsnoeren? Heb je er vragen over? Laat het ons weten in de reacties.
Bron: EIOPA, DNB