Als gevolg van de Wet Toekomst Pensioenen staan pensioenfondsen met de transitie naar een nieuw pensioenstelsel voor een ingrijpend proces. Voor pensioenfondsbestuurders betekent dit dat zij niet alleen de operationele en financiële risico’s van het invaren moeten beheersen, maar ook strategische afwegingen moeten maken. Een krachtig hulpmiddel hierbij is de Eigen Risicobeoordeling (ERB). De Nederlandsche Bank (DNB) verwacht dat fondsen als onderdeel van hun invaardossier een (partiële) ERB uitvoeren. Dit is niet enkel een compliance-vraagstuk, maar zou vooral gezien moeten worden als een kans om grip te krijgen op risico’s en mogelijkheden binnen de transitieaanpak van een pensioenfonds.
Gegeven de grote impact van de nieuwe pensioenwet en de complexiteit van de transitie naar het nieuwe pensioenstelsel, bevindt elk pensioenfonds zich in een unieke situatie. Daarnaast dient een bestuur van een pensioenfonds vanuit IORP II wetgeving ten minste eenmaal per drie jaar een Eigen Risicobeoordeling uit te voeren. Als gevolg hiervan zijn er grofweg drie scenario’s mogelijk:
Dit betekent dat het bestuur al vroegtijdig inzicht heeft verkregen in de transitierisico’s en passende beheersmaatregelen heeft getroffen, indien nodig. Dit vormt een solide basis voor een gecontroleerde overgang. Dit biedt het pensioenfondsbestuur tevens de mogelijkheid om op een later moment, alvorens er ingevaren wordt, de geconstateerde transitierisico’s opnieuw tegen het licht te houden.
Dit betekent dat het fonds een goed beeld heeft van het strategisch risicobeeld binnen de huidige bedrijfsvoering. Dit biedt een mooie kans om in 2025 of 2026 een aanvullende (partiële) ERB uit te voeren gericht op strategische gevolgen van de transitie naar het nieuwe pensioenstelsel. Gezien de impact van deze transitie, zullen bestuurders dit hoogstwaarschijnlijk beschouwen als een ‘trigger-event’ dat een herbeoordeling van het strategische risicobeeld vereist.
Geen probleem: dit betekent dat er in 2025 of 2026 een ERB dient te worden uitgevoerd. Hierbij bestaat direct de mogelijkheid om strategische risico’s van het Wtp-traject te kunnen integreren. Ervaringen uit de sector kunnen hierbij waardevolle inzichten bieden.
Hoewel er geen wettelijke vereisten zijn voor de invulling van een Eigen Risicobeoordeling, vindt DNB het wel een belangrijk toetsinstrument. Zo ook in relatie tot de transitie naar het nieuwe pensioenstelsel. Daarbij heeft de toezichthouder good practices en guidance gepubliceerd die vereisten vanuit DNB inzichtelijk maken voor de invulling van een Eigen Risicobeoordeling. Dit kader biedt, in combinatie met de risicohouding en risicobereidheid, een mogelijkheid om de strategische implicaties en risico’s van de transitie naar het nieuwe pensioenstelsel inzichtelijk te maken. Daarmee kan waar nodig een adequate risk respons worden geformuleerd. Een beoordeling over de doelmatigheid van het risicobeheer geeft ook een indicatie van de status van de volwassenheid van het risicomanagement binnen het fonds. Deze waardevolle observaties bieden het fonds een gerichte mogelijkheid om het strategisch risicobeheer te versterken.
Op basis van de IORP-II wetgeving zullen pensioenfondsen een ERB-beleid hebben opgesteld, waarin onder andere ‘trigger-events’ gedefinieerd zijn. Deze zogenoemde ‘trigger-events’ zijn (interne en externe) gebeurtenissen die kunnen voorvallen, waarbij het passend wordt geacht dat er een nieuwe Eigen Risicobeoordeling wordt uitgevoerd. Deze trigger-events zijn doorgaans verschillende gebeurtenissen die het (strategisch) risicoprofiel van het fonds significant raken, en zijn op een eerder moment door het bestuur bepaald. Dit heeft er mee te maken dat de Eigen Risicobeoordeling een product van het bestuur is.
Dit houdt in dat de toezichthouder een fonds niet kan verplichten tot het uitvoeren van een ERB. Een fonds kan echter wel gewezen worden op de vereisten vanuit het eigen ERB-beleid. Aangezien de transitie naar een nieuw pensioenstelsel zonder twijfel een wijziging van het strategisch risicoprofiel en daarmee een uitgelezen “trigger-event” vormt, is het niet uitvoeren van een ERB vrijwel niet uitlegbaar.
Ook de Pensioenfederatie onderschrijft de impliciete verplichting tot het uitvoeren van ERB op basis van eigen beleid, in combinatie met de wijziging van het strategische risicobeeld. Daarbij beschrijven zij in het “Servicedocument Wegwijzer Transitie ERB”, dat het uitvoeren van een ERB op een zorgvuldig uitgekozen moment, praktische voordelen kent met betrekking tot het opstellen van een implementatieplan.
Het voordeel van het uitvoeren van een Eigen Risicobeoordeling op een zorgvuldig uitgekozen moment is evident. De ERB biedt een uitgelezen mogelijkheid om strategische risico’s in kaart te brengen en de risicoanalyses voor het invaartraject te versterken. Een herzien strategisch risicobeeld omtrent de nieuwe pensioenregeling op basis van de ERB is van toegevoegde waarde, met name gedurende het opstellen van het implementatieplan. DNB onderkent dit en benadrukt het voordeel en het belang van een ERB gericht op de transitie als volgt:
“Doel van een ERB is om toekomstgerichte en toekomstbestendige strategische besluitvorming te realiseren en bij te dragen aan doelmatig risicobeheer. Het kan efficiënt en praktisch zijn dat een pensioenfonds de ERB gebruikt voor het opstellen van onderdelen van het implementatieplan.” (Q&A - Pensioenfonds transitie Wet toekomst pensioenen uitvoert implementatieplan als eigenrisicobeoordeling)
Daarnaast kan de ERB concreet bijdragen aan de motivering van de risicobeheersing binnen het invaarsjabloon. In de instructies voor tabblad “3. Andere risico’s (niet-financieel)” wijst DNB erop dat de ERB gebruikt kan worden om operationele, IT- en uitbestedingsrisico’s in kaart te brengen. Dit biedt een kans om de governance van pensioenfondsen te versterken en aan te tonen dat de transitie zorgvuldig wordt beheerst.
De Eigen Risicobeoordeling is een risico-instrument dat bestuurders een beeld geeft van het strategisch risicomanagement van het fonds. Dit beeld wordt gevormd door het op verschillende manieren toetsen van een centrale vraagstelling. Deze vraagstelling wordt bepaald op basis van de risicohouding en risicobereidheid van het fonds, de actualiteit en mogelijk de gebeurtenis die een ERB-trigger veroorzaakt. Een voorbeeld van een centrale vraagstelling van een Eigen Risicobeoordeling waarin de transitie naar het nieuwe pensioenstelsel wordt meegenomen is:
“Kan het fonds op een beheerste en integere wijze de huidige regeling uitvoeren (run) en ook de transitie naar het nieuwe pensioenstelsel (change) realiseren?”
De centrale vraagstelling wordt op twee manieren beantwoord in de Eigen Risicobeoordeling. Enerzijds door een beoordeling van de doelmatigheid van het risicobeheer, en anderzijds door een analyse van verschillende stressscenario’s.
De beoordeling van het risicobeheer vindt plaats aan de hand van het volwassenheidsmodel dat wordt gehanteerd door DNB, bestaande uit risicogovernance, risicostrategie, risicoprocessen en risicobewustzijn. In relatie tot de transitie naar het nieuwe pensioenstelsel kan een specifieke beoordeling van de doelmatigheid van het risicobeheer binnen het transitieproject uitgevoerd worden.
De stressscenario’s worden afgezet tegen een vastgesteld basisscenario zoals te vinden in dit E-book. Gegeven de omvang van de veranderingen binnen een fonds door de transitie naar een nieuw pensioenstelsel, zijn er verschillende relevante stressscenario’s vanuit financiële, operationele en/of strategische visie te bedenken. Denk hierbij aan scenario’s waarbij invaren niet mogelijk is of uitgesteld dient te worden door een te lage dekkingsgraad, niet-functionele technische systemen en/of juridisch oponthoud. Het is als bestuur van belang om bij de inschatting van de gevolgen van deze stressscenario’s out-of-the-box te denken, zodat de ERB geen herhaling van zetten wordt in relatie tot andere risico-instrumenten. Op deze manier heeft de Eigen Risicobeoordeling toegevoegde waarde voor het strategisch risicobeheer binnen de normale bedrijfsvoering, maar ook voor binnen het transitieproces.
De ERB is binnen het transitieproces niet slechts een door de toezichthouder verwachte exercitie; het is een stuurinstrument dat helpt bij het onderbouwen van het implementatieplan en invaarsjabloon. Een beoordeling voor de doelmatigheid van het risicobeheer, samen met een analyse van de weerbaarheid in stressscenario’s, vormt een integrale benadering van de risicostrategie voor een pensioenfonds. Door de risicoanalyses uit de ERB en het implementatieplan zorgvuldig op elkaar af te stemmen, kunnen fondsen de transitie beheerst vormgeven. De ERB zal dienen als een cruciaal instrument voor en tijdens de transitieperiode. Het grondig en tijdig doorlopen van de ERB biedt fondsen de kans om kostbare inzichten en comfort te verkrijgen voor de transitie.
Bron: Afbeelding van Freepik
© Copyright 2014 - 2025 Riskworld | Alle rechten voorbehouden | Privacy en veiligheid | Cookies | Disclaimer | Sitemap