11% van de Nederlandse bevolking van 18 jaar of ouder gaat onder de zonnebank, zo blijkt uit een onderzoek van bureau Choice in opdracht van SVZ. Dat zijn bijna 1,5 miljoen mensen. Zij gaan naar de zonnebank ter ontspanning en om een kleurtje te krijgen, maar dat is zeker niet zonder risico’s. Hieronder zetten we ze op een rij.
Huidkanker
Bij het zonnen onder de zonnebank wordt de huid blootgesteld aan een hele grote dosis uv-straling. Deze uv-straling is minstens zes keer sterker dan middagzonlicht. Dit verhoogt het risico op huidkanker, stelt onder andere KWF Kankerbestrijding. Volgens de Stichting Tegen Kanker lopen zonnebankgebruikers 20% meer risico op melanoom, de meest agressieve vorm van huidkanker. Bovendien lopen mensen die voor het dertigste levensjaar regelmatig onder de zonnebank gaan een 75% hoger risico op melanoom. Het International Agency for Research on Cancer (IARC) heeft de zonnebank daarom in de hoogste risicocategorie voor de ontwikkeling van kanker geplaatst.
Huidveroudering
Zonnebankgebruikers kunnen last hebben van versnelde huidveroudering. Het bindweefsel wordt dan aangetast en de elasticiteit van de huid neemt af. Dat leidt tot meer rimpels.
Hoornvliesbeschadiging
Het felle licht van de zonnebank kan het hoornvlies van het oog beschadigen. De ogen worden dan rood, gaan tranen en prikken. Licht kan niet worden verdragen. De klachten gaan meestal binnen enkele dagen weg.
Staar en slechtziendheid
Uit wetenschappelijk onderzoek is gebleken dat langdurige blootstelling aan uv-straling het risico verhoogt op staar en maculadegeneratie. De Wereld Gezondheids Organisatie (WHO) schat dat 20% van de staar-gevallen wordt veroorzaakt door overmatige blootstelling aan uv-straling.
Ooglidkanker
Mensen die jarenlang gebruik maken van de zonnebank, hebben als gevolg van de uv-straling een grotere kans op ooglidkanker.
Wat kun je zelf doen?
Deskundigen zeggen herhaaldelijk: ga niet onder de zonnebank. Om toch aan een bruin kleurtje te komen, kunnen spray-tans en zelfbruiningsproducten een oplossing zijn. Vitamine D dient vooral gehaald te worden uit voeding en eventueel supplementen. En bij blootstelling aan zonlicht geldt: goed insmeren en niet te lang in de zon.
Bronnen: