Computercriminaliteit III

Het wetsvoorstel van staatssecretaris Dijkhoff van Veiligheid en Justitie dat de opsporing en vervolging van computercriminaliteit versterkt, is gisteren door de Tweede Kamer aangenomen. Met de wet Computercriminaliteit III komt er geen nieuwe wet, maar worden het Wetboek van Strafrecht en het Wetboek van Strafvordering gewijzigd. De Wet Computercriminaliteit III is eind 2015 ingediend door het Openbaar Ministerie.

Grooming en lokpubers

De wetgeving wordt aangepast aan de technologische ontwikkelingen op internet en het gebruik van computers voor communicatie en de verwerking en opslag van gegevens. Daarnaast stelt de wet het strafbaar om (online) minderjarigen te verleiden en ze te verleiden tot ontucht (grooming) of de verspreiding van kinderporno en ernstige computercriminaliteit. De wet maakt daarmee eerder ingrijpen bij digitale kinderlokking en de inzet van een lokpuber (een agent die zich uitgeeft voor minderjarige) online mogelijk. Het wordt tevens strafbaar gesteld om op internet goederen en diensten te koop aan te bieden zonder te leveren.

Toegang tot computers

Politie en Justitie mogen straks heimelijk en op afstand (online) onderzoek doen in computers (PC, mobiele telefoon of server). Opsporingsambtenaren krijgen meer mogelijkheden om verschillende onderzoekshandelingen toe te passen bij de opsporing van ernstige delicten. Zij kunnen bij een zeer ernstig misdrijf (mensenhandel of deelname aan een terroristische organisatie) gegevens ontoegankelijk maken of kopiëren en als het gaat om een ernstig misdrijf communicatie aftappen en observeren. Om te mogen aftappen en observeren moet het gaan om een ernstig misdrijf, waarvoor voorlopig hechtenis mogelijk is en dat een ernstige inbreuk op de rechtsorde vormt. Bij alle onderzoekshandelingen geldt wel dat er een machtiging nodig is van de rechter-commissaris, op verzoek van de Officier van Justitie.