- Het raadplegen van internet zoals social media;
- Het opvragen van een Verklaring Omtrent Gedrag (VOG);
- De bestaande pre-employment screening (PES);
- Onderzoeken van antecedenten en referenties;
- Een gesprek over betrouwbaarheid en integriteit.
Uiteindelijk moeten deze onderdelen zorgen voor een helder beeld van de persoon. Dit moet zorgen voor het oordeel waarin de persoon betrouwbaar wordt geacht of niet. Voor beleidsbepalers en andere belangrijke posities geeft DNB/AMF het oordeel over de betrouwbaarheid.
Voor wie is het?
Uiteindelijk willen we geen ongeschikte en onbetrouwbare mensen waardoor je dus zou kunnen zeggen dat het voor iedereen van toepassing is. Maar voor een specifieke doelgroep in de financiële sector wordt het vereist vanuit de Wet op het Financieel Toezicht (Wft). In 2012 is het geïntroduceerd voor alle beleidsbepalers, waarbij een strikt regime geldt dat onder andere ook bestaat uit een gesprek met de toezichthouder (DNB/AFM). Pas later kwamen de overige belangrijke leidinggevende personen erbij, die door de DNB het 2e echelon worden genoemd. Hieronder vallen onder andere leidinggevenden die veel invloed kunnen hebben op het risicoprofiel. Vanaf 2016 vallen de sleutelfiguren zoals riskmanagers, compliance officers en actuarissen hier ook onder.
Hoeveel beleidsbepalers zijn er afgekeurd?
Alleen voor de beleidsbepalers hebben DNB en AFM de cijfers bekend gemaakt. In 2014 heeft DNB totaal 234 personen afgekeurd op hun geschiktheid. Dit is ruim 13% van het totaal aantal beleidsbepalers (2013: 165, 14%). De meeste afkeuringen waren in 2014 zichtbaar bij de betaalinstellingen (38%) en bij de trustkantoren (36%). De AFM heeft in 2014 slechts 5% van de beleidsbepalers afgekeurd.
Heeft het eigenlijk wel nut?
Hetzelfde geldt voor de bankierseed of belofte waarbij de geschiktheid en betrouwbaarheid wel beter te toetsen zijn. Dat het daadwerkelijk nut heeft is moeilijk te bepalen. Een ding is zeker, de zachte thema’s als integriteit en betrouwbaarheid krijgen hierdoor wel veel aandacht in de financiële sector en daarmee worden belangrijke stappen genomen in de goede richting.
Wettelijk kader
Diverse wet- en regelgevingen raken deze vereisten die van toepassing zijn op de financiële sector, waaronder:
- Wet op het Financieel Toezicht (Wft);
- Richtlijn Solvabiliteit II;
- EIOPA richtsnoeren (2014);
- Beleidsregel Geschiktheid 2012;
- Besluit Prudentiële Regels Wft (Bpr);
- Beleidsregel Betrouwbaarheidstoetsing 2012.